Kunst is hét middel om onze obsessie met perfectie op te projecteren. Door de jaren heen is de mens sterk veranderd, en de kunst veranderde mee.
Laten we eens 20.000. jaar terug in de tijd gaan, waar de
jagers en verzamelaars leefde. De eerste vormen van kunst dateren uit deze
periode. Zo vonden archeologen begin 20e eeuw een beeldje van een
vrouw, in Willendorf, Oostenrijk. Vernoemt naar de plaats
van de vondst, kwam dit beeldje bekend te staan als ''de Venus van
Willendorf''. Opvallend aan dit vrouwtje, is haar kleine, ronde lichaam en haar
grote borsten en dikke buik. Daarnaast heeft ze geen armen en geen gezicht. De
nadruk ligt dus op haar rondingen waardoor het beeldje compleet uit verhouding
is. Kenmerkend is, dat uit deze tijdsperiode in verschillende plaatsen op aarde
beeldjes dateren met dezelfde kenmerken. Blijkbaar vonden mensen de rondingen
van een vrouw interessanter dan haar gezicht of slanke armen.
De volgende tijdsperiode waar we een kijkje in willen nemen,
is die van de Egyptenaren. Zij staan bij ons bekend om hun strakke piramides en
reusachtige architectuur. Voor de aankleding van deze gebouwen, schilderde men
mensfiguren en dieren. Deze poppetjes kende geen diepte, maar oogde juist erg
plat. Omdat alle ledematen goed gezien moesten worden, maakte de Egyptenaren
onrealistische beelden waarbij de armen en voeten uitgerekt werden en de ogen
aan de zijkant van het hoofd kwamen. Zo'n 3000 jaar lang maakte ze deze
verdraaide, strakke beelden. Uit onderzoek blijkt dat men een raster gebruikte
om de poppetjes te schilderen waardoor de kunst zich niet verder ontwikkelde,
maar voor een lange tijd stagneerde.
De Grieken waren de eerste die hun ogen gebruikte bij het
maken van kunst. Zij hadden als doel om zo realistisch mogelijke beelden te
maken van de mens. Dit lukte zo goed, dat het volk de beelden van goden als
echte goden bezag. De Grieken waren overtuigd dat een atletisch lichaam, het
perfecte lichaam was. Vandaar dat de mens naakt afgebeeld werd, zodat alle
spieren goed te zien waren. Hierdoor kwamen zij op een punt waar ze het
menselijk lichaam perfect konden nabootsen. Maar de Grieken wilden meer dan dat
en begonnen beelden te maken die zo realistisch waren, dat ze anatomisch
onmogelijk werden, en dus onrealistisch.
Hoe komt het dat de mens niet tevreden is met de realiteit,
maar steeds weer wil overdrijven? Het antwoord kunnen we vinden door naar het
gedrag van zeearenden te kijken. Nederlands etholoog Nikolaas Tinbergen deed
onderzoek naar deze dieren. Hij richtte zich op de kuikens van de zeearend die
tegen de snavel van hun moeder tikken als ze honger hebben. Die snavel wordt
gekenmerkt door één dikke, rode streep. Nikolaas vroeg zich af hoe de kuikens
zouden reageren op een snavel met meerdere strepen. Zo hield hij de kleintjes
een geel stokje voor met één rode streep, en een geel stokje met drie rode
strepen. Opvallend is, dat de kuikens ervoor kozen tegen het stokje met de drie
strepen te tikken, in plaats van het stokje met de ene streep.
Hieruit blijkt, dat het instinkt om steeds meer te willen, in
mens en dier zit. Vandaar dat de jagers en verzamelaars beelden maakten van
vrouwen met overdreven grote borsten. Dit instinkt is ook terug te zien in twee
Griekse, bronzen beelden die Stefano Mariottini vond tijdens het duiken, in
1972. De lichamen van de afgebeelde goden waren zo atletisch, dat ze
onrealistisch waren. Het streven naar perfectie gaat zo ver dat men de
realiteit voorbij gaat.
Tot morgen,
Geen opmerkingen:
Een reactie posten